dinsdag 22 november 2016

Lesvrij

Het is algemeen bekend dat docenten in de avonduren, in de weekenden en in de vakanties doorwerken. Er is altijd nog wel wat te doen: contact met ouders, toetsen nakijken, planningen maken... Ook ik heb nooit het gevoel dat mijn werkdag is afgelopen en in mijn vakanties ruim ik ook altijd wat tijd in om te werken. 

Vorige week heb ik mijn recuperatieverlof opgenomen, zoals jullie vorige week hebben kunnen lezen. Op maandag en dinsdag heb ik alleen maar op de bank gelegen met een boek: op en top genieten! Op woensdag begon het toch weer te kriebelen: ik wilde iets nuttigs doen. Ik begon thuis, maar mijn favoriete plek om te werken is toch echt op school. Weinig afleiding en alle papieren, boeken en kopieerapparaten binnen handbereik. Daarom vertrok ik rond lunchtijd richting school.

Ook de hele donderdag heb ik op school gewerkt. Woensdag lukte het me om iedereen te omzeilen: ik kwam pas na de pauze binnen en ik heb in mijn eentje in de werkruimte gezeten. Op donderdag was ik er de hele dag, ik kwam tientallen collega's tegen en op de gangen zag ik veel van mijn leerlingen lopen. Ik vond het leuk om ze tegen te komen, maar er begon toch iets te knagen: het voelde alsof ik spijbelde.

Gisteren, toen ik weer voor de klas stond, vroegen leerlingen er naar. 'Waarom hadden we geen les? Ik zag u lopen!' Mijn collega, die ook die week vrij had gevraagd, heeft zijn leerlingen verteld dat hij aan het verhuizen was, maar bij mij zou dat smoesje niet werken. Daarom vertelde ik de leerlingen dat ik lesvrij had. En dat is precies hoe de vakanties en verlofweken voelen: écht vakantie is het nooit, we geven in die weken alleen geen les.

Liefs!

maandag 14 november 2016

Een weekje verlof

Het is maandagmiddag, half één en ik zit thuis op de bank. Niet omdat ik ziek ben, maar omdat ik deze week een vrije week heb opgenomen. Heerlijk, zo'n weekje recuperatieverlof.

In het kader van de werkdrukverlaging heb ik gekozen om mijn 50 uren in te zetten als een verlofweek. Vorig jaar heb ik heel veel moeite gehad met deze periode. De weken naar de toetsweek toe vond ik al erg vermoeiend, waarschijnlijk ook vanwege het donkere weer, maar in de toetsweek zelf bereikte ik een hoogtepunt. Ik kan me nog goed herinneren dat ik vier espresso's uit het koffieapparaat haalde, omdat ik echt niet wakker kon blijven tijdens het surveilleren. Dat was niet zo'n succes, na de koffie stond ik te stuiteren...

Onvermijdelijk bij een toetsweek is de enorme stapel nakijkwerk. Vorig jaar was het rampzalig: ik wist gewoon niet meer waar ik de tijd vandaan moest halen om alle toetsen te corrigeren. Dat was voor mij de reden om begin dit schooljaar naar de schoolleiding te stappen om deze week vrij te vragen. Zo kon ik in alle rust de toetsen nakijken.

Zo zie je maar hoe elk schooljaar kan verschillen: vorig jaar zat ik rond deze periode huilend op de bank, nu heb ik een hele week om te ontspannen. Het nakijkwerk bleek zo weinig te zijn, dat ik alles al tijdens de toetsweek heb kunnen nakijken. Deze week is mijn agenda dus echt leeg en wordt het voor het eerst in tijden dat ik geen goedgevulde to do-list bij me draag. Dat is even wennen!

Liefs!

dinsdag 1 november 2016

Bellen naar ouders

Als er één ding was waar ik vroeger nachten van wakker lag, dan was het contact maken met de ouders van leerlingen. Via de e-mail vond ik geen probleem, maar het bellen met ouders... Verschrikkelijk!

Bellen is sowieso mijn hobby niet, maar vooral bij ouders van leerlingen gaat het altijd verkeerd. Ik krijg het altijd voor elkaar om door de ander heen te praten, ik vind het lastig om emoties uit een stem af te lezen en ik weet nooit hoe ik een gesprek moet beginnen ("Hallo, met Elseline Snelten. Eh. Oké, laten we beginnen met de cijfers.") of afsluiten (ik presteerde het vandaag om "Heeft u verder nog vragen?" te stellen, terwijl de moeder midden in haar verhaal zat). Gelukkig merk ik dat het steeds wat gemakkelijker gaat. Een goede voorbereiding is het halve werk!

Twee jaar geleden, toen ik voor het eerst tientallen telefoontjes achter elkaar moest plegen, zette ik een openingszin op papier. Zodra er aan de andere kant wordt opgenomen, ben ik vaak zo vak slag, dat een normale zin bijna niet over mijn lippen komt. Nu gaat het allemaal een stuk soepeler, maar wat ik wel doe, is mijn eigen naam bovenaan het blaadje zetten. Sinds ik getrouwd ben gebruik ik een andere achternaam en daar vergis ik me nog regelmatig in.

Voordat ik een telefoongesprek begin, zet ik wat steekwoorden op papier. Wat vind ik van de leerling? Hoe gedraagt de leerling zich in de klas? Waar heeft de leerling moeite mee? Op die manier heb ik altijd wel iets te vertellen, al is dat vaak niet nodig. Ik merk dat ouders héél graag over hun eigen kind praten, dus het enige wat ik als mentor hoef te doen, is meepraten en af en toe aanvullen.

Daarnaast heb altijd de cijferlijst open staan op mijn laptop, zodat ik precies kan zien hoe een leerling ervoor staat. Altijd handig om bij de hand te hebben!

Nog steeds vind ik het niet leuk om te bellen, maar er is één ding wat me dwingt om het toch te doen: de ouders hebben bij de ouderavond allemaal aangegeven welke avond en welk tijdstip voor hen het meest gunstig was, zodat ik zeker wist dat ik gelegen zou bellen. Dat de ouders nu op een telefoontje wachten is voor mij een extra stok achter de deur om het niet steeds voor me uit te schuiven.

Liefs!