zaterdag 29 juni 2013

Dagboek: Het begin van de toetsweek (#38)

Ik kan me niet herinneren dat ik eerder dit schooljaar zo moe ben geweest tijdens een werkweek. Ik voelde me ook helemaal niet zo lekker als anders en daarbij komt ook nog eens kijken dat ik het heel druk had met "buitenschoolse activiteiten". Welke activiteiten dat precies waren? Lees even verder.

Op maandag viel het nog best mee. Ik gaf 's morgens mijn lessen, na mijn lessen maakte ik de jaarplanning voor volgend jaar en daarna had ik een gesprek met een moeder van een leerling. Ze wil graag het onderwijs in als docent wiskunde en wilde daar een paar vragen over stellen aan "een ervaringsdeskundige". Tja, en toen kozen ze mij. ;-) Maandagavond had ik ineens enorm veel energie. Ik volgde een groepsles bij de sportschool en 's avonds was ik tien keer zo energiek als normaal. Tja, dat heb ik de rest van de week geweten.


Dinsdag gaf ik mijn laatste lessen van het schooljaar (blog). Daarna bleef ik op school hangen om de jaarplanning af te ronden. 's Avonds had ik een etentje met de wiskundecollega's. Het was erg gezellig, maar daardoor was ik wel pas laat thuis.
Normaal gesproken zou ik op woensdag lang uit kunnen slapen. Het is toch mijn vrije dag.

Afgelopen woensdag helaas niet. Ik had 's middags een high tea met collega's en voor die tijd moest ik nog heel veel doen. Ik werd om 9.00 uur wakker en vanaf dat tijdstip ben ik alleen nog maar druk bezig geweest met boodschappen. Ik wilde bij drie verschillende winkelcentra mijn boodschappen halen, dus daar gaat wat tijd in zitten. Toen ik thuis kwam was er nauwelijks tijd om nog even te ontbijten/lunchen: ik moest direct naar mijn werk, omdat ik anders te laat zou komen. Tijdens de high tea (die overigens ook heel gezellig én lekker was) voelde ik een enorme hoofdpijn op komen. Ik had niets bij me om in te nemen, dus met de minuut werd het erger. Ik vertrok pas om half zeven richting huis. Toen ik eenmaal thuis was (half acht) ben ik meteen mijn bed in gegaan.

Ondanks de velen uren rust, was ik donderdag ontzettend moe. Ik had ook ontzettend last van mijn ogen, dus dat maakte de dag niet leuker. Na het surveilleren bij de toetsen ben ik naar de sportschool gegaan. Ik hoopte dat het me weer energie zou geven, maar helaas. Op de bank viel ik in slaap en ik werd pas half acht ’s avonds wakker gebeld door mijn zusje. Oeps.

Vrijdagochtend was ik nog steeds niet fit helaas. Weer moest ik surveilleren en weer ging ik sporten. En ook vrijdag gaf het me geen energie. Pfff!

Dit weekend ga ik dus gebruiken om weer bij te komen. Ik kan eindelijk weer uitslapen, ik heb niets op de agenda staan en ik kan doen wat ik wil. Ik moet wel nog het huishouden van de hele week doen, want dat ik een beetje blijven hangen. Maar hopelijk kan ik maandag weer fris en fruitig naar mijn werk.

Liefs!

donderdag 27 juni 2013

De laatste lesdag

Dat ik pas na 48 uur een verslagje schrijf over mijn laatste lesdag (dinsdag) is toch wel het bewijs dat ik het ontzettend druk heb gehad de laatste dagen. Ik dacht (en hoopte) dat ik na de lessen wel kon ontspannen, maar niets is minder waar. Waar ik zo druk mee ben geweest is aankomende zaterdag te lezen in mijn wekelijkse dagboek. Maar nu eerst even een stukje over dinsdag.

Wat een fijne laatste lesdag heb ik gehad! Maandag begon ik op mijn werk met het voorbereiden van het “Ik hou van Wiskunde”-spel voor mijn brugklassen, waar ik al eerder een blog over schreef. ’s Avonds ging ik er thuis mee verder. Dat is trouwens heel uniek, want ik bereid mijn lessen zelden thuis voor.

Dinsdagochtend begon ik met het voorbereiden van mijn 2havo-les. Ik heb heel lang getwijfeld wat ik de laatste les wilde doen. De leerlingen riepen natuurlijk dat ze een film wilden kijken, maar daar had ik geen zin in. Dat doen ze bij alle andere lessen ook al. Ik wilde iets educatiefs doen. Uiteindelijk werd dat een rekenbingo.

Over het brugklasspel en de rekenbingo komen binnenkort een aparte blog online met daarin een beschrijving van de werkvormen!

Ik was ontzettend zenuwachtig voor de laatste lessen, want ik was bang dat de leerlingen die laatste dag ook geen zin meer hadden in een spel. Al snel bleek dat ik het mis had. In 2havo werd er nog een beetje gemopperd, maar toen ik eenmaal begon deed iedereen leuk mee. Ook in mijn brugklassen was iedereen enthousiast. Zelfs de leerlingen die normaal niet serieus mee doen met mijn les zaten actief te bingo’en/na te denken bij de quiz. Dat was ontzettend leuk om te zien!

Aan het eind van de les wenste ik iedereen alvast een fijne vakantie. Ik zou al mijn brugklassen nog zien bij de toetsweek, maar voor mijn 2havo-klas was het echt de laatste keer dat ik de groep compleet zag. Ik moet nog heel erg wennen aan het idee, ik besef ook nog niet zo goed dat ik over twee weken vakantie heb. Maar als het eenmaal bij me is doorgedrongen, zal ik er misschien best een traan om kunnen laten. Deze 2havo-klas was een groep waarbij serieus iedereen een eigen gebruiksaanwijzing had, maar het waren helemaal geen onaardige kinderen. Ik heb het jaar ontzettend met de leerlingen kunnen lachen en hoewel er van lesgeven af en toe weinig terecht kwam, kijk ik er wel met een positief gevoel op terug.

Bij de laatste brugklas van die dag gebeurde er iets wat er bij de andere klassen niet gebeurde: ik kreeg van een paar leerlingen een hand. Ze bedankten me voor de lessen en sommigen zeiden zelfs dat ze hoopten dat ik ze volgend jaar weer les zou geven. Awww! Ontzettend lief.

Bijna alle leerlingen zullen volgend jaar nog door de gangen lopen, maar heel veel leerlingen zal ik niet meer in de klas hebben. Er zaten wat vervelende leerlingen tussen, maar ik weet zeker dat ik ook hen ga missen!

Liefs!

woensdag 26 juni 2013

Tip: Houd het spannend (#24)

Bij veel tips krijg ik het idee dat ze geschreven zijn voor het basisonderwijs. Dat vind ik jammer, want met ruim de helft van de tips kan ik dus weinig. Hieronder staat ook zo’n tip. In het voortgezet onderwijs is het op bijna alle scholen zo dat het schooljaar wordt afgesloten met een proefwerkweek.

Hoofdstuk 6, tip 4: Houd het spannend
Geef de cijfers niet te vroeg prijs, want als de resultaten bekend zijn, hangt er niets meer vanaf. Waarom zouden ze dan nog hun best doen? Spreek met collega’s af de toetsing zo laat mogelijk te doen. In de eindklassen is dat moeilijker omdat de resultaten natuurlijk al eerder bekend zijn. Hou het dan leuk met projecten of een cursus EHBO. Of laat kinderen zelf een uitje of activiteit organiseren.

Toch kan ik over deze tip wel iets zeggen. Bij de vorige toetsweek gaf ik de cijfers namelijk iets te snel prijs. Ik zette ze vrijwel direct al op internet. Niet zo slim van mij, daar heb ik toen ook al een blog over geschreven. Daarom doe ik het dit keer anders.

Ik vind het fijn om de proefwerken zo snel mogelijk na te kijken. Dat geeft bij mij een enorm gevoel van rust. Ik weet van mezelf dat als ik de stapel toetsen laat liggen, dat ik ze gerust een week zou kunnen negeren. Nee, meteen nakijken dus! Daarbij komt ook nog dat ik in totaal acht stapels met toetsen terugkrijg, per stapel zo’n vijfentwintig leerlingen. Gelukkig krijg ik dit wel redelijk gespreid terug. De eerste dag drie stapels, halverwege twee stapels en op de laatste dag ook weer drie. Als ik het zou opsparen heb ik binnen een week dus één enorme stapel liggen. Als ik tussendoor direct begin met nakijken, zijn de stapels kleiner. Dan is de stap ook niet zo groot om met de spreekwoordelijk rode pen in de aanslag te gaan.

Dus: ik kijk de toetsen meteen na. Het invoeren van de cijfers doe ik echter pas op de laatste dag, als alle leerlingen alle toetsen gemaakt hebben. Mochten de leerlingen tussendoor vragen of ik de toetsen al nagekeken heb, dan ontken ik dat natuurlijk!

Liefs!

maandag 24 juni 2013

Toets bespreken

Normaal gesproken bespreek ik alle toetsen klassikaal. Ik projecteer de toets op het bord, ik geef de leerlingen hun eigen toets terug en bespreek alle opgaven. Bij de “makkelijke” opgaven geef ik even snel de antwoorden, bij de complexe opdrachten geef ik ook de berekening. De leerlingen mogen meeschrijven op hun blaadje en that’s it.

Omdat de leerlingen nu wel erg onder de maat hebben gepresteerd (een 5,0 gemiddeld), besloot ik het anders aan te pakken. Van klassikaal bespreken steken niet alle leerlingen iets op: er zijn altijd leerlingen bij die niet opletten. Daarom heb ik de leerlingen allemaal hun eigen toetsblaadje teruggegeven, het proefwerk zelf en een nieuw blaadje. Daarbij kregen ze de opdracht om de toets te verbeteren om te zorgen dat ze nu wel alles snapten.

In het proefwerk waren veel slordige fouten gemaakt. Rekenfouten, formules door elkaar gehaald, niet goed afgerond etc. Al deze kleine foutjes bij elkaar levert dan helaas wel een onvoldoende op, terwijl dit makkelijk een voldoende had kunnen zijn. Ik wilde door deze werkvorm de leerlingen actief aan het werk zetten met hun eerder gemaakte fouten, zodat ze in het vervolg twee keer zouden nadenken (en beter zouden leren).

Nadat de leerlingen hun eigen fouten hadden verbeterd, mochten ze elkaar helpen. Er zat namelijk één opgave tussen die best lastig was. Ze hebben er in groepjes van vier aan mogen puzzelen en uiteindelijk ging het bij sommige groepjes aardig de goede kant op. Aan het eind van de les heb ik de opgave nog wel klassikaal besproken, zodat ook de andere groepjes de uitwerking van de opgave snapten.

Het zou me veel tijd kosten als ik bij elke toets deze werkvorm zou gebruiken, omdat je hiermee zo’n 30 minuten kwijt bent. Wel is het een goede oplossing als toetsen over het algemeen slecht gemaakt zijn. De leerlingen zijn zo actiever bezig met de stof en het is weer eens iets anders. Dit jaar komt er geen moment meer om klassikaal een toets te bespreken, maar ik ga het zeker voor volgend jaar onthouden!

Liefs!

zaterdag 22 juni 2013

Dagboek: De laatste loodjes (#37)

Het eind is in zicht. Gelukkig, want het had niet veel langer moeten duren. De leerlingen zijn enorm toe aan vakantie en zijn daardoor een stelletje stuiterballen geworden. Waar zijn die lieve, angstige en onschuldige bruggers van een paar maanden geleden gebleven?

Maandag was ontzettend vermoeiend, los van mijn werk gezien. Door mijn zeer waarschijnlijke hooikoorts heb ik uren lopen wrijven in mijn ogen. Ook mijn neus ging enorm te keer. 's Nachts sliep ik slecht, de volgende ochtend was het helaas nog steeds aanwezig.

Dinsdag melde ik me dus ziek. Het grootste deel van de dag (tot 18.30) zat ik binnen en was er nauwelijks iets aan de hand. Tot het moment dat ik toch maar naar buiten ging om boodschappen te doen. Aaaiiiii, geen goed idee! Alle vervende kriebels waren meteen weer terug. Mijn vermoeden was bevestigd: hooikoorts.

Woensdagochtend bij de dokter kreeg ik meteen pillen mee. Ik nam er direct één in en een uur later begon het te werken. Ik kon gewoon naar buiten zonder me jeukerig te voelen!

Donderdag begon het werken weer. De lessen verliepen oké en in mijn tussenuren heb ik veel kunnen doen. Ik had 's middags geen vergadering, dus ik kon vroeg naar huis. Het nadeel van de pillen is wel dat ik er moe van werd. Nadat ik had gegeten en nog even de stad in was geweest om iets te regelen, lag ik dus meteen in bed.

Vrijdag werd ik wakker van de regen. Bah! Ik had juist die week besloten om niet meer met het openbaar vervoer naar mijn werk te gaan, maar met de scooter. Want: het is rustgevender, sneller en veel goedkoper. Ik twijfelde, maar besloot me niet uit het veld te laten slaan. Met een regenpak aan vertrok ik naar mijn werk en 45 minuten later kwam ik aan. Mijn sokken en schoenen waren kletsnat en ik voelde ook wat druppels onder mijn T-shirt glijden. Gatverdamme!
Ik had daar echt een geweldige oplossing voor bedacht. Het eerste uur gaf ik geen les, dus ik deed mijn sokken en schoenen uit en legde ze op de kachel. Ik zette de kachel aan en wachtte... Maar er gebeurde niets. De kachels stonden uit! Toen moest ik dat natte spul weer aantrekken. Ik kan je vertellen, dat was geen fijn gevoel!

De komende week hoef ik nog slechts twee dagen les te geven. Twee keer aan mijn brugklassen, één keer aan 2havo. Voor dinsdag ga ik een leuke werkvorm verzinnen (misschien het "Ik hou van wiskunde-spel" waar ik precies één jaar terug over schreef, hoe toevallig). Hoe ik het precies ga uitvoeren weet ik niet, maar ik heb dit weekend alle tijd om daarover na te denken.

Liefs!

woensdag 19 juni 2013

10 gedachten... voor het ziekmelden

Ik ben af en toe een enorme twijfelaar. Vooral afgelopen maandagavond en dinsdagochtend. Ik had maandagochtend en maandagmiddag een enorme scooterrit gemaakt, maar doordat ik (waarschijnlijk) hooikoorts heb, begon alles te jeuken. Mijn ogen brandden als een gek en ik kon er maak niet vanaf blijven. Mijn neus begon ook te irriteren en… nou ja, dat was gewoon heel irritant.

Dus maandagavond begon het, dinsdagochtend ging ik er nog even mee door. Zal ik me ziekmelden of niet? Hieronder tien gedachten die door mijn hoofd gingen voordat ik eindelijk de knoop doorhakte.

1. Ziekmelden? Waarom? Ik kan nog lopen, nog praten, nog denken…
2. Aaaarggg, wat een vervelende kriebels!
3. Als ik me ziek meld, hebben al mijn klassen een tussenuur. Dat is niet echt leuk voor ze…
4. Wat maakt het uit? Het is ook niet leuk voor ze als er iemand voor de klas staat die om de minuut moet niezen en die elke keer in haar ogen zit te wrijven.
5. Ik durf me niet ziek te melden. Ik weet niet wat ik moet zeggen aan de telefoon. “Sorry, ik kom niet werken, ik heb hooikoorts”? Ik ben lang niet de enige met hooikoorts en al die anderen werken wel gewoon.
6. Heb je enig idee hoe vaak andere docenten zich ziekmelden om niets? Van één dag niet werken vergaat de wereld niet hoor.
7. En bovendien, Elseline: je ziet er niet uit met die dikke ogen.
8. Ik vind het eng om mijn baas te bellen. Wat als hij me uitlacht? Wat als hij zegt dat ik wel gewoon moet komen werken?
9. Aaaarggg, mijn oog! Stop. Met. Jeuken!
10. Oké, ik meld me niet.

Het heeft enorm geholpen om een dagje thuis te zitten. Doordat ik niet naar buiten ben geweest, gingen al die kriebels weg en was ik ook minder erg aan het niezen. Toen ik ’s avonds boodschappen ging doen, zette het weer op. Toen wist ik het zeker: hooikoorts. Vanochtend ben ik naar de dokter gegaan. Ik heb pillen meegekregen (die nu al werken, want ik heb geen jeuk meer!) en ze hebben mijn bloed afgenomen. Volgende week krijg ik de uitslag.

Liefs!

maandag 17 juni 2013

Boek: Mentor in het voortgezet onderwijs

Onlangs kreeg ik het boek binnen waar ik al eerder over schreef: Mentor in het voortgezet onderwijs, geschreven door Margriet Groothuis en Hildelien Verkuyl. De reden waarom ik dit boek kocht is vanwege het feit dat ik toen net het gehoord dat ik zeer waarschijnlijk mentor zou worden. Uiteindelijk was dat niet het geval, maar toen had ik eenmaal mijn bestelling al geplaatst bij bol.com. Geen probleem, want ooit zal ik dit boek toch wel nodig hebben. En voorbereiden op het mentor zijn, daar kun je niet vroeg genoeg mee beginnen.

De komende weken (en maanden) ga ik dit boek doorlezen en doorwerken en over elk hoofdstuk of onderwerp dat me interessant lijkt, zal ik iets gaan schrijven. Ik weet nu nog niet of ik het boek van voor naar achter door ga werken of dat ik zomaar ergens begin, maar dat zal later nog blijken.

Wat ik vandaag wel even wil laten zien, is de inhoudsopgave. Het boek is opgedeeld in elf hoofdstukken en elk hoofdstuk is opgedeeld in vier tot veertien paragrafen (en sommigen daarvan weer in deelparagrafen). Ik zal het onderwerp van elk hoofdstuk benoemen en een korte toelichting van de paragrafen erbij geven. Binnenkort dus een uitgebreider verslag van elk hoofdstuk!

Het boek begint met een voorwoord (hoofdstuk 0).
 
Hoofdstuk 1: Inleiding
Hoofdstuk 2: Leerlingen in beeld
In dit hoofdstuk gaat het over pubers en de ontwikkelingsfase waarin ze zich bevinden.
Hoofdstuk 3: De school als pedagogische omgeving
Het hoofdstuk wordt geopend met een citaat: je leert niet voor de school, maar voor het leven. Dit hoofdstuk gaat er dus over dat de school niet alleen een leerklimaat is, maar ook waar de leerlingen worden opgevoed.
Hoofdstuk 4: Organisatie van het mentoraat op school
Dit spreekt voor zich. Het hoofdstuk gaat dus om de feitjes: wie wordt mentor, hoeveel uur krijg je (op jaarbasis) om mentor te zijn, hoeveel mentorleerlingen krijgt een mentor enzovoorts.
Hoofdstuk 5: Begeleidingsgesprekken
Een uitgebreid hoofdstuk met daarin allerlei soorten gesprekken beschreven.
Hoofdstuk 6: Leerlingen begeleiden bij het leren
Dit hoofdstuk gaat onder andere over plannen, één van de dingen die me wel leuk lijken aan het mentoraat. Dit wordt ongetwijfeld ook een heel leuk hoofdstuk voor mij!
Hoofdstuk 7: Leerlingen begeleiden bij de psychosociale ontwikkeling
Een hoofdstuk met daarin alle ‘problemen’ die er bij de leerlingen kunnen spelen, zoals faalangst en een vervelende thuissituatie.
Hoofdstuk 8: Leerlingen begeleiden bij keuzes op school
Een hoofdstuk over profielkeuzes, studiekeuzes en andere keuzes die een leerling moet maken tijdens zijn of haar schoolcarrière. Ik hoop dat ik start met het mentor zijn van een brugklas, dus dan heb ik met dit hoofdstuk niet heel veel te maken.
Hoofdstuk 9: De leef- en werksfeer begeleiden in de klas
Een hoofdstuk gericht op de klas in plaats van op één leerling. In dit hoofdstuk wordt en onder andere ingezoomd op omgaan met conflicten.
Hoofdstuk 10: Ouders
Ook dat hoort bij de taak van de mentor. Vele oudergesprekken. Dit hoofdstuk gaat over kennismakingsgesprekken, huisbezoeken, tienminutengesprekken en andere contactvormen met ouders.
Hoofdstuk 11: Als mentor sta je niet alleen
Er zijn namelijk nog vele anderen die een oogje in het zeil houden. Op mijn werk is dat de afdelingsleider (die doet dat vaak nog meer dan de mentor…), maar ook het zorg advies team (ZAT) kan hier een rol in spelen.

Het boek sluit af met enkele bijlagen over onder andere een mentorgesprek, een langetermijnplanning en diverse vragenlijsten.

Ik ben heel benieuwd naar de verdere inhoud van het boek en ik kan niet wachten om alles tot me te nemen. Misschien ga ik dit wel vaker doen: een boek kopen m.b.t. het onderwijs en deze van voren naar achteren bespreken. Ook handig voor de studenten onder ons. ;-)

Liefs!

zaterdag 15 juni 2013

Dagboek: Waar blijft de vakantie? (#36)

Het weekend heb ik weer helemaal op kunnen laden. Zaterdag heb ik een groepsles gevolgd bij mijn sportschool (leuk!), 's avonds ben ik met mijn vriend naar de bioscoop geweest. Zondag hebben we een lange fiets(hij)- en scooter(ik)tocht gemaakt van zo'n drie uur en daarna zijn we met mijn vader uit eten geweest, met een bezoekje aan familie als afsluiting. Deze week begon ik dus vol energie!

Op maandag stond ik even stil bij de lastige dingen van het docent-zijn. Zo stond er een leerling aan mijn bureau om te vertellen dat hij zijn huiswerk niet had gemaakt, omdat hij zijn hond in het weekend heeft laten inslapen. En ik had een behoorlijk lastige leerling in de klas die het moeilijk vond (en vind) om naar me te luisteren wanneer ik zeg dat hij, net als de rest van de klas, in stilte met werken. Pfff.

Dinsdag is voor mij een compleet lege bladzijde. Ik zou absoluut niet meer weten wat ik die dag heb meegemaakt. Begin ik dan nu al af te takelen?

Woensdag had ik een heerlijke, maar volle dag. Toetsen nakijken, cijfers invoeren, sportschool (weer de groepsles), de markt, boodschappen, blogs schrijven... Voor ik het wist, was de dag weer voorbij.

Donderdag en vrijdag had ik twee vermoeiende dagen. Ik denk dat ik de laatste weken zwaarder vind dan alle voorgaande weken bij elkaar. Heel veel leerlingen gaan volgend jaar naar een lager niveau en doen dus niet meer serieus mee in de les. Ze hebben alles al opgegeven en zitten alleen nog in de les “omdat het moet” en om hun medeleerlingen af te leiden. Verschrikkelijk irritant, want het kost mij tien keer zo veel energie.

Donderdagmiddag heb ik dan ook helemaal niets zinnigs meer gedaan. Toen ik thuis kwam ben ik in pyjama op bed gaan liggen en heb ik twee films gekeken en ruim honderd bladzijdes gelezen. Om half elf vielen mijn ogen dicht. Je zou denken dat ik na zo’n middag/avond volledig ben opgeladen voor de volgende dag, maar niets is minder waar.

Vrijdag vrat namelijk net zo veel energie, misschien nog wel mee. Zeurende en irriterende bruggers, puberende 2havo-leerlingen en eigenwijze 3havo-leerlingen. Ik zeg: kom maar op met die vakantie!

Liefs!

donderdag 13 juni 2013

Rekenvaardigheden van de Nederlanders

De leerlingen uit 3havo vragen bijna elke les aan mij waarom ze elke week rekenen krijgen. “Dat kunnen we toch allemaal wel?” mopperen ze dan. Buiten het feit dat hun resultaten af en toe toch nog diep teleurstellend zijn, is er nog een andere reden dat ze rekenen moeten volgen. Het is namelijk erg slecht gesteld met de rekenvaardigheden van sommige Nederlanders.

Neem nou dit voorbeeld. Ik zit in de trein terug van mijn werk en op maandag kijk ik dan altijd de bonusaanbiedingen van de week. Daar is natuurlijk niets geks aan. Maar ineens valt mijn oog op deze aanbieding.

 
Een zak sla met 25% korting. Van €1,29 voor €1,10. Het is echt niet zo dat ik alle aanbiedingen na ga rekenen, maar ik zag meteen dat er iets niet klopte. Er zit namelijk maar €0,19 korting op. En dat terwijl er ruim €0,25 vanaf zou moeten gaan, omdat de oorspronkelijke prijs boven €1,00 is.

Ik vond het zo’n rare aanbieding. Ik heb het drie keer zitten narekenen om te kijken of ik het dan misschien verkeerd had gelezen/berekend. Maar het was echt waar: de makers van deze advertentie hadden moeite met procenten.

Het is nu natuurlijk niet zo dat ik een klacht in ga dienen bij deze supermarktketen, maar stom is het wel. Sowieso heb ik de laatste tijd al geen hele hoge pet meer van ze op, omdat het meer dan eens in de afgelopen weken is gebeurd dat ze mijn bonus er niet vanaf halen. Nu snap ik wel dat ze zo veel winst draaien…

Liefs!

woensdag 12 juni 2013

Tip: Zoek vooral jonge collega's op (#23)

Aan het begin van het jaar ben ik een dagje opgetrokken met alle ‘nieuwelingen’. We kregen uitleg over hoe alles op school in zijn werk gaat, hoe we de computers moeten bedienen, wat de regels zijn enzovoorts. Door deze dag ken je de andere nieuwe docenten al snel vrij goed. Zoals in de tip wordt beschreven zijn we inderdaad ook lotgenoten: we zijn allemaal nieuw en moeten allemaal nog van alles leren. Natuurlijk zitten er ook nieuwe docenten van middelbare leeftijd tussen, maar ook die kwamen (vaak) net van de opleiding af.

Hoofdstuk 24, tip 5: Zoek vooral jonge collega’s op
Zo’n eerste jaar is altijd zwaar. Andere beginnende leerkrachten zijn in die periode lotgenoten aan wie je veel steun kunt hebben. Ervaren docenten kunnen zich niet altijd verplaatsen in de situatie van een beginner. Die komen daardoor soms te snel met allerlei tips over hoe je het in de klas moet doen. Maar aan al die goedbedoelde tips en adviezen heb je vaak niet zo veel, want je moet in de eerste plaats je eigen manier zien te vinden. Emotionele steun van lotgenoten en het uitwisselen van ervaringen is dan heel belangrijk.

Door die eerste dag ben ik vaak in gesprek met de andere nieuwe collega’s. Over hoe het gaat, wat we als leuk of juist als lastig ervaren, waar we af en toe moeite mee hebben enzovoorts. De 2havo-klas aan wie ik lesgeef krijgt onder andere les van drie andere docenten die net als ik dit jaar op deze school zijn begonnen. Omdat ik toch vaak in de clinch lig met deze klas, praat ik graag met de andere docenten over deze 2havo-klas.

De tips die ik van deze collega’s krijg, zijn vaak veel bruikbaarder. Enerzijds natuurlijk omdat zij de leerlingen kennen. Maar aan de andere kant ook omdat zij ook van alles aan het uitproberen zijn. Ze stuntelen ook af en toe met die klas en merken ook dat het ene juist wel werkt en het andere totaal niet.

En daarbij voel ik me een stuk meer op mijn gemak tussen de andere beginners. Ze zijn net als ik nog heel veel aan het leren en ik vind het ook minder vervelend om tegen hen te vertellen dat ik het lesgeven af en toe nog knap lastig vind!

Liefs!

maandag 10 juni 2013

Docenten op Facebook

Dit jaar kreeg ik welgeteld één vriendschapsverzoek van een leerling op Facebook. En deze heb ik genegeerd. Ik ben daar vanaf het begin van mijn opleiding heel duidelijk in geweest: ik wil niet dat mijn leerlingen in mijn privéleven terecht komen. Ik vond het altijd al vervelend als ik mijn leerlingen in mijn vrije tijd in de stad tegen kwam, maar vrienden worden op Facebook vind ik nog een stapje verder. Ik wil niet dat ze al mijn foto’s kunnen bekijken!

Aan het begin van het schooljaar ging één van de vergaderingen over social media. Wat moet je doen als een leerling contact met je opneemt via Twitter, Facebook of één van de andere vormen. Het antwoord was dat de keus bij de docent ligt, als je er maar niet te ver in gaat. Geen berichtjes sturen tijdens lessen, geen afspraakjes maken met leerlingen (alsof ik dat zou doen!) en nog meer duidelijke regels. Toen kwam er één collega met het volgende geniale plan.

Op haar vorige school had ze een Facebookpagina opgericht speciaal voor haar leerlingen. Het was dus geen pagina waar ze haar foto’s op zette, maar een pagina met opmerkingen over het huiswerk, wat leerlingen niet moeten vergeten mee te nemen of te leren enzovoorts. Als de leerlingen dat wilden mochten ze haar daarop toevoegen en zo zouden ze op een moderne manier bijblijven van alles rondom het huiswerk voor dat vak.

Ik vond het meteen een briljant plan, maar daar heb ik nooit meer iets mee gedaan. Pas in de laatste weken zit dit weer in mijn hoofd. En ik weet dus ook wat ik in de zomervakantie ga doen! Ik wil een Facebookpagina openen met de naam ‘Mevrouw Snelten’ (maar dan natuurlijk mijn eigen naam) en daar ga ik voor mijn klassen voor volgend jaar het huiswerk opzetten. Ook stuur ik berichtjes over de proefwerken, want ze mee moeten nemen naar de les, een tip voor bij het huiswerk enzovoorts. En wie weet wordt het een soort helpdesk, als de leerlingen vragen gaan stellen over het huiswerk.

Ik ben benieuwd hoe het plan uit gaat pakken. Of er leerlingen zullen zijn die er interesse in hebben en of het ook echt gaat werken. Maar dat zie ik allemaal van zelf zodra het nieuwe schooljaar is begonnen!

Liefs!

zaterdag 8 juni 2013

Dagboek: Treinvertraging, gaslek en rekenmachines... (#35)

Het is bijna niet te beseffen hoe snel het jaar voorbij is gegaan. Eind 2012 dacht ik wel eens: kom maar op met die zomervakantie! Nu denk ik er toch een beetje anders over. Een paar weken vakantie is heerlijk, maar aan de andere kant moet ik mijn geweldige leerlingen gaan missen. Je weet nooit wat voor leerlingen er volgend jaar voor in de plaats komen.

Oké, terug naar de afgelopen week. Ik ben deze week in al mijn klassen begonnen aan het laatste hoofdstuk. Maandag begon dat in mijn drie brugklassen, nadat ik eerst het dramatisch slecht gemaakte SO had gegeven. Verder was mijn werkdag niet heel bijzonder. Maar dat is ook wel eens lekker.

Afgelopen dinsdag had ik echt geen zin om mijn bed uit te komen. Tegen mijn vriend had ik gezegd dat ik tegelijk met hem naar het werk zou gaan, maar toen hij er om half zes uit ging, veranderde mijn plan. Ik zou wel twee uurtjes later gaan! Dat betekende wel dat ik op mijn werk minder tijd had om alles wat ik wilde doen (tweede versie van een toets maken, stencils voor de rekenlessen maken en kopiëren, les voorbereiden...) ook echt af te krijgen. Ik werkte op een recordtempo en voordat mijn les begon, had ik alles afgestreept!

Woensdag was ik vrij. 's Morgens deed ik wat ik tegenwoordig altijd doe op een vrije dag. Uitslapen (tot 8.00...), internetten, schrijven en het huishouden. De avond zag er anders uit. Door een lek in de gasleiding had ik al twee dagen geen gas, dus ik kon niet koken en douchen. Met mijn douchespullen vertrok ik naar mijn vader. Mijn vriend en ik hebben daar gegeten en 's avonds vertrokken we weer naar huis.

Die nacht sliep ik kort. Ik was donderdagochtend ook flink chagrijnig daardoor. Gelukkig knapte het wat op toen ik naar mijn werk ging, maar op de terugweg had ik er weer last van. Door problemen bij de NS kwam ik bijna een uur later thuis dan gepland en dat was niet zo leuk. Ik ging 's avonds vroeg naar bed, zodat ik wat slaap in kon halen.

Vrijdag werd ik gelukkig een stuk beter wakker. Dat werd helaas verpest toen ik mijn eerste brugklas voor mijn neus kreeg. Al mijn brugklasleerlingen kregen vandaag een repetitie. Daarbij ging het onder andere over de omtrek en oppervlakte van een cirkel. Dus met pi. Dus met een rekenmachine. En dan ben je echt… tja, hoe zal ik het noemen? Dan ben je echt bijdehand als je je rekenmachine thuis laat liggen of zelfs kwijt bent. Pfff. Het bleef trouwens niet bij één leerling. Ook in de twee brugklassen die ik daarna had was er minstens één leerling die geen rekenmachine bij zich had. Ik kan er zo moe om worden! Wanneer worden ze eindelijk eens volwassen en gaan ze voor hun eigen spullen zorgen?

Eindelijk is het weekend. Ik zeg altijd wel dat de tijd zo snel gaat, maar ik heb de laatste weken toch wel steeds vaker dat de weekenden zo ver weg lijken te zijn. Misschien komt het omdat ik er steeds meer naar ga verlangen.

Liefs!

Hoera, 1 jaar!

Afgelopen woensdag bedacht ik me ineens dat ik vorig jaar juni mijn blog was gestart. Ik keek snel bij al mijn blogposts en ik zag dat de eerste post op 8 juni 2012 online is gekomen. Ik besta vandaag dus precies 1 jaar!
Het beginnen van een blog over lesgeven is nog steeds één van de beste beslissingen in mijn leven geweest. Er is daardoor in dit jaar zoveel voor mij veranderd. Allereerst kan ik de dingen die ik meemaak nu heel goed naast me neer leggen. Ik kan vervelende dingen van me af schrijven en daarna direct weer vergeten.

Ook ben ik het lesgeven zelf een stuk leuker gaan vinden. Vooral in het laatste jaar zag ik heel erg op tegen mijn stage. Ik was ontzettend zenuwachtig en onzeker als ik weer voor de klas moest staan en ik bedacht altijd allemaal smoesjes zodat ik het kon ontlopen. Nu is dat helemaal niet meer zo. Ik ga echt met plezier naar mijn werk en vaak ga ik ook met een grote glimlach op mijn smoel weer terug naar huis.

De afgelopen 365 dagen heb ik me meer beziggehouden met alles om het lesgeven heen. Als ik tijdens een vergadering iets hoorde wat ik niet kende (WISC-test, clusters), dan ging ik het opzoeken en daar over schrijven. Als ik een tafeltjesavond had, schreef ik precies op hoe ik me heb voorbereid. Als ik iets vervelends of leuks meemaakte, zette ik dat online.

Ook voor mijn blog zelf is er meer veranderd. Naast dat er meer blogs online komen, gaan ook de bezoekersaantallen omhoog. Vorig jaar was ik heel blij als ik op één dag acht bezoekers had. Nu ligt het aantal pageviews gemiddeld rond de 150. Hopelijk blijft die stijging erin zitten!

Het komende jaar ga ik lekker door met schrijven. Je kunt van mij nog steeds drie posts per week verwachten en af en toe wat meer. Binnenkort is het vakantie, dus dan heb ik tijd genoeg om te schrijven!

Liefs!

vrijdag 7 juni 2013

Inspiratiebron van een tiener, deel II

Dinsdag gaf ik een les waarin er voornamelijk zelfstandig gewerkt moest worden. De theorie had ik binnen een paar minuten besproken, dus de rest van de les was erg saai. Zowel voor de leerlingen als voor mij. Om de tijd een beetje te doden, knoopte ik een gesprek aan met één van de leerlingen.

“Fabian, hoe is het met je vrouw?” vroeg ik.
Het was al weer een paar weken terug dat deze jongen over zijn inspiratiebron begon en ik heb er sindsdien niets meer van gehoord. Na het vorige gesprek dat ik met hem had, was ik toch wel nieuwsgierig.
“Goed,” zei Fabian lachend. “Ik heb haar bij me.”
Hij opent zijn tas en haalt er een papiertje uit. Dit keer weer van een of ander grietje uit een tijdschrift. Het is een ander plaatje dan vorige keer. Het hoofd zit er vandaag nog wel op.
“Ze ziet er anders uit dan de vorige keer,” merk ik op.
Hij knikt en kijkt glunderend. “Ik ben hertrouwd.”

Ik was sprakeloos.

Liefs!

donderdag 6 juni 2013

Geef ze succeservaringen - in de praktijk

Een tijdje geleden schreef ik over de tip ‘Geef ze succeservaringen’, over leerlingen met faalangst. Dit heb ik van de week in de praktijk gebracht.

Mijn brugklasleerlingen hebben laatst een toets gemaakt die eigenlijk net iets te lastig voor ze was. Hierdoor scoorden heel veel leerlingen een onvoldoende. Zware onvoldoendes, zoals tweeën en drieën. Er werd na de toets geklaagd en sommige leerlingen schreven op het blaadje dat ze er niet veel van snapten. Zo ook één van mijn leerlingen met faalangst.

“Mevrouw, ik heb de toets echt extreem slecht gemaakt,” stond er op het blaadje. Tijdens het nakijken hield ik mijn hart vast. Gelukkig bleek hij het helemaal niet zo rampzalig gemaakt te hebben zoals hij dacht. Er kwam een ruime 6 als cijfer uit. Niet verkeerd dus, als je het vergelijkt met de andere cijfers.

Omdat ik heb nog even een spreekwoordelijke klop op zijn schouder wilde geven, liep ik aan het eind van de les naar hem toe. “Stefan, weet je dat jij ruim anderhalf punt boven het gemiddelde van de klas zit? Echt ontzettend goed van je!” Ik zag de jongen, vandaag Stefan genoemd, stralen en met een glimlach weggaan. Zo doe je dat!

Liefs!

woensdag 5 juni 2013

10 manieren om... een vervelende les snel te vergeten

Veel van mijn lessen verlopen goed, maar ik heb ook wel eens een vervelende les ertussen zitten. Klierende kinderen, slechte voorbereiding enzovoorts. Ik was vroeger een kei in het piekeren na zo’n les. Gelukkig is dat nu een stuk minder. Vandaag heb ik een lijstje opgesteld met tien manieren om zo’n les snel te vergeten (of aan te pakken). Doe er je voordeel mee!

Tien manieren om een vervelende les snel te vergeten:
1. Schrijf het van je af. Natuurlijk moet je dat alleen doen als je van schrijven houdt en als dit voor je helpt. Voor mij is deze blog ontstaan om dingen van me af te schrijven. Gelukkig maak ik niet heel veel vervelende lessen mee, maar als ik eens iets mee maak wat ik graag van me af wil zetten (zoals deze frustraties), dan is mijn blog een enorme uitkomst!
2. Praat erover met een vriend of een vriendin. Ik kan af en toe heerlijk klagen tegen mijn vriend. Hij biedt dan een luisterend oor en geeft me eventueel advies. Daarna ben ik er weer vanaf en kan ik vrolijk doorgaan met mijn dag.
3. Maak een lijstje van alles wat er wel goed ging en alles wat niet goed ging. Zo breng je je les in kaart. Probeer vooral veel positieve punten te verzinnen, dat is goed voor je zelfvertrouwen.
4. Of maak een lijstje met alleen maar positieve punten. Dan verdwijnt je onzekerheid en/of rotgevoel als sneeuw voor de zon.
5. Mocht het niet helpen om alleen positieve punten op te schrijven, schrijf dan alleen de dingen op die niet goed gingen. Schrijf daarbij ook op waarom je denkt dat het niet goed ging. Bijvoorbeeld: de leerlingen letten tijdens de klassikale uitleg niet op, omdat de uitleg te moeilijk is. Of iets dergelijks.
6. Bedenk plannen hoe je iets vervelends volgende keer kunt oplossen…
7. of hoe je het de volgende keer kunt voorkomen.
8. Praat erover met een (stage)begeleidster of collega. Zo iemand kan je vaak advies geven waar je zelf nooit op gekomen zou zijn.
9. Lukt het allemaal niet en/of heb je geen zin om nog heel lang bij de les stil te staan? Ga iets leuks doen. Een middagje winkelen, ga een stukje fietsen, lees een boek, kijk een leuke film, spreek met vrienden af of ga uit eten. Gegarandeerd dat je de les zo vergeten bent.
10. Accepteer het en ga door. Eén slechte les maakt je nog geen slechte docent. Sterker nog, het zou heel vreemd zijn als al je lessen wel goed zouden gaan.

Liefs!

dinsdag 4 juni 2013

Nog even niet...

Wat ben ik toch een enorme geluksvogel. Gisterochtend, tien minuten voordat ik op mijn werk was, bedacht ik me ineens dat ik in mijn postvakje zou vinden of ik volgend jaar mentor zou worden. Ik begon enorm te duimen en dat bleek geholpen te hebben. Er stond op mijn takenlijstje dat ik geen mentor zou worden. Lucky me!

Met een collega sprak ik er over in de pauze. Hij verbaasde zich erover dat ik geen mentor zou worden, want hij was juist degene die een goed woordje voor me had gedaan bij mijn werkgever. "Ik denk dat Elseline wel een leuke mentor zou zijn," had hij tegen hem gezegd. Ik schrok even toen ik dat hoorde. Waarom had hij dat gezegd, zonder het eerst even met mij te overleggen?

Toen ik het even had laten bezinken vond ik het toch wel leuk om te horen. Hij ziet in mij een leuke mentor en dat is toch wel positief. Maar aan de andere kant is 'leuk zijn' natuurlijk maar één van de vele eigenschappen die een mentor zou moeten bezitten. Er is daarnaast nog zo veel meer! En voor nu vind ik niet dat ik een goede mentor zou zijn. Ik ben daar nog veel te onvoorbereid voor, ik zou niet weten hoe dat allemaal werkt en het idee alleen al geeft me de kriebels. Laat mij nog maar even een jaartje oriënteren.

Als ik vanmiddag thuiskom uit mijn werk, ligt (als het goed is) mijn bestelde boek op de deurmat. Ik ben ontzettend benieuwd naar de inhoud ervan. Ik heb nog een heel jaar om me voor te bereiden (misschien zelfs nog langer), dus ik ga elke letter van het boek tot me nemen. De zomervakantie lijkt me daar ook een uitstekende periode voor. Ongetwijfeld dat daar posts over op mijn blog komen! 

Liefs!

maandag 3 juni 2013

Help, ik word (misschien) mentor!

Als deze blog online komt, weet ik al of het echt zo is. Voor nu (zondagochtend, het moment waarop ik dit schrijf) blijft het even duimen. Duimen dat ik het niet word. Ik heb het hier over mentor worden.

Afgelopen vrijdag vroeg iemand aan mij of ik mentor zou worden.
“Mentor? Nee! Dat denk ik niet. Dan zou ik het toch allang gehoord hebben?”
Mijn collega lachte. “Dat zou je denken. Bij onze school is het zo dat het ineens in je takenpakket valt.”
Pfff! Wat een ramp. Dan loop ik morgen (vandaag) dus de school binnen, open ik mijn postvakje, kijk op mijn takenplaatje voor komend jaar en dan zie ik daar ineens staan dat ik mentor word. Of niet. Wat een rare regeling.

Ik hoop heel erg dat ze mij nog een jaartje willen sparen. Volgens mijn collega word iedereen mentor als je daar al meer dan een jaar in dienst bent. Hopelijk wil mijn werkgever me dat nog even ontzien. Mentor worden lijkt me namelijk niets voor mij. Ik vind dat meer iets voor mijn collega’s die al vader of moeder zijn van een puber en die al ervaring hebben met al die problemen die zich afspelen in de hoofden van pubers. Dat is niets voor mij. Ik ben zelf nog maar een kind.

En stiekem lijkt het me ook heel eng om al die oudergesprekken te voeren. Want reken maar dat het aantal op een tafeltjesavond wordt verdubbeld. Iedere ouder moet je ook aan het begin van het jaar even opbellen om te vertellen hoe het met hun zoon/dochter gaat. Je moet constant in contact blijven als het even wat minder gaat met een leerling. En je krijgt natuurlijk een hoop verwijtende blikken van de ouders als er iets niet goed gaat op school. Want het ligt altijd aan jou, echt waar.

Voor het geval dat ik toch ineens mentor word, heb ik op bol.com alvast een boek gekocht ter voorbereiding. Mentor voor het voortgezet onderwijs. Mocht ik nou morgen (vandaag dus) toch zien dat ik mentor word, dan kan ik me in de zomervakantie alvast voorbereiden. Want ik heb dus echt geen idee wat me naast de gesprekken met ouders, leerlingen en collega’s allemaal te wachten staat.

Liefs!

zaterdag 1 juni 2013

Dagboek: De tweede activiteitenweek (#34)

Op zondag begon het al. De zenuwen. Ik kan niet goed tegen onverwachte momenten en een activiteitenweek zit vol met dit soort momenten. Niets voor mij dus, zo'n week.

Maandagochtend grapte ik - zoals wel vaker - tegen mijn vriend dat ik thuis zou blijven. Natuurlijk ging ik wel mijn bed uit en maakte ik me klaar voor de dag. Maar natuurlijk wel met tegenzin.
Maandag was absoluut geen leuke werkdag. Achteraf is het wel te relativeren, maar op dat moment vond ik het verschrikkelijk. Daar schreef ik dan ook een blog over.

Dinsdag verliep gelukkig een stuk beter. De zenuwen die ik die ochtend had waren voor niets. Dinsdag was ik namelijk vooral bang voor de twee (voor mij onbekende) klassen aan wie ik die dag les ging geven. Met name over de eerste klas gaan vervelende verhalen. Toen ik ze voor mijn neus had, viel het me reuze mee!

Woensdag had ik een drukke dag gepland. Toen ik 's morgens wakker werd, wist ik dat het er niet in zat. Zo mooi als de dag dinsdag was, zo regenachtig was de dag woensdag. Daarom kroop ik achter de computer om blogs te schrijven, keek ik de toetsen van de brugklas na en keek ik de tv-programma's die nog voor mij klaar stonden.

Donderdag had ik een activiteit buitens huis. Er stond een dag pretpark op het programma met onder andere één van mijn brugklassen. Af en toe een pretpark vind ik wel leuk, maar afgelopen winter ben ik nog in hetzelfde park geweest. Van mij hoefde het dus ook niet zo. Daarom nam ik mijn boek mee en heb ik de hele dag (bij elkaar maar vier uurtjes) in het restaurant gezeten. Dat is nog eens een leuke baan, dat lesgeven!

Op vrijdag heb ik me meerdere keren afgevraagd waarom ik niet gewoon thuis ben gebleven. ’s Morgens vroeg stond ik al vroeg klaar voor de sportdag. Ik hoefde (gelukkig) niet al te sportief gekleed, dus in een spijkerbroek en sneakers stond ik even later op het sportveld van de school. Ik was benieuwd wat ik moest doen.
Even later wist ik het. Ik hoefde niets te doen. Ja, oké. Ik mocht opletten of er geen gewonden gingen vallen, of dat er ruzies zouden plaatsvinden. Met vijftien anderen. Verdeeld over twee velden. Iedereen die een klein beetje kan rekenen, snapt dat we overbezet waren. Waarom zestien mensen om twee sportvelden in de gaten te houden? Ik snapte het ook niet. Ik heb de hele dag in de zon gezeten, me verveeld, af en toe met mijn telefoon gezeten en met mijn collega’s gepraat. Dat was het. Ik was ontzettend blij toen ik eindelijk naar huis mocht. Ik ben een ontzettend lui meisje, maar van zo’n dag word ik zelfs gek!

Dit weekend ga ik me voornamelijk richten op het huishouden. De afgelopen week is dat een beetje blijven liggen. Volgende week heb ik gelukkig weer een gewone lesweek. Eén van de laatste…

Liefs!

Mijn voornemens, update 5

Vandaag is het 1 juni 2013. De zomer komt steeds dichterbij. Hoe zit het met de voornemens die ik aan het begin van dit jaar maakte? Hieronder heb ik mijn vijf voornemens op een rijtje staan, met daarbij een korte tekst.

1. Verder met mijn blog
Het magische getal 200 ben ik al gepasseerd. Ik zit nu op 217 blogs. Vooral deze week heb ik veel blogs online gezet. Maar liefs zes! En dan ben ik zelfs vergeten om een dankbaarheidslijstje te schrijven.

2. Een boek schrijven
Wow, wow, wow. I did it! In de meivakantie had ik de smaak te pakken. Mijn vriend was drie dagen niet thuis, dus dat gaf mij de gelegenheid om achter de computer te kruipen. Ik bleef schrijven en uiteindelijk was het eind in zicht. Yes! Ik ben zo nu en dan nog bezig met het zetten van de puntjes op de i. Daarna ga ik het (waarschijnlijk) opsturen en dan heel hard duimen dat mijn wens uit gaat komen.

3. Heel veel lezen
Mijn voornemen was om in de meivakantie drie boeken te lezen. Dat is gelukt. Daarna ben ik nog door blijven gaan met lezen. Die 25 boeken in 2013 gaat wel lukken. Makkelijk zelfs!
De boeken die ik heb gelezen waren voornamelijk van de Nederlandse chicklitschrijfster Petra Kruijt. Allemaal aanraders!

4. Mijn andere blog oppakken
Over alle boeken heb ik een blog geschreven.

5. Engels leren
Nee...

Liefs!